De hybride warmtepomp wordt vanaf 2026 de standaard voor het verwarmen van woningen, kondigde het kabinet in mei aan. Vanaf dat jaar is het bij de vervanging van een cv-installatie verplicht om over te stappen op een hybride warmtepomp (of volledig elektrische warmtepomp of aansluiting op een warmtenet). Over het algemeen zijn de reacties uit de branche positief. Ook wij vinden het goed dat dit nu zo duidelijk is uitgesproken. Wel hopen we dat er met dit besluit ook eisen worden gesteld aan isoleren én ventileren. Gebeurt dit niet, dan ontstaan geheid problemen. In dit blog in het kort waarom aandacht voor ventileren cruciaal is bij de overstap naar een warmtepomp.
Veel huizen worden nu nog verwarmd met een cv-installatie, waarvan de radiatoren zich onder het raam bevinden. Water dat tot 80 graden is verwarmd gaat erin, water dat 60 graden is komt weer terug. Ventilatie gebeurt veelal via roosters boven de ramen.
Het water dat door deze installatie stroomt heeft een hoge temperatuur. En omdat de radiatoren zich onder het raam bevinden, wordt de koude lucht die uit de ventilatieroosters de woning binnenkomt, meteen door die warme lucht verwarmd. Er ontstaat daardoor niet snel een gevoel van kou of tocht. Bewoners laten de ventilatieroosters dus ook open staan.
Kou en tocht? Ventilatieroosters dicht
Bij vloerverwarming is dit al anders. Zo’n systeem draait vaak al op een lagere temperatuur, maar wat vooral een belangrijk verschil is: de koude lucht die uit de ventilatieroosters de woning binnenkomt, wordt niet direct verwarmd door warme lucht uit een radiator onder het raam. De warmte wordt immers evenredig verdeeld over de ruimte via de vloer. De koude lucht uit de ventilatieroosters boven het raam slaat je dan letterlijk koud in de nek. Bewoners krijgen de behoefte de ventilatieroosters dicht te doen. En dan is er dus geen aanvoer meer van frisse lucht.
Andere verwarming, andere ventilatie
Met een warmtepomp ontstaat iets vergelijkbaars. Een warmtepomp draait op een lagere temperatuur dan een traditionele cv-installatie. Geen 80 graden in en 60 graden uit, maar bijvoorbeeld 50 graden in en 30 graden uit. Bij nieuwbouw worden deze systemen gecombineerd met WTW-installaties of vraaggestuurd ventileren, waardoor wordt geventileerd met warme lucht of raamroosters minder open staan. Er ontstaan dan geen klachten van kou of tocht.
Bij woningen met raamroosters is dat anders. De radiatoren onder het raam produceren minder hoge temperaturen en zijn dus minder goed in staat de koude lucht uit de ventilatieroosters op te warmen. Koude lucht komt de woning in. Dat geeft een oncomfortabel gevoel, de bewoners doen de roosters dicht en de woning wordt dus niet meer geventileerd.
Energiezuinig, comfortabel én gezond
Kortom: als bewoners wel een warmtepomp krijgen, maar er niets verandert aan de manier waarop de woning wordt geventileerd, dan ontstaat een zeer oncomfortabele woning. Drukken de bewoners vanwege dat comfort de ventilatieroosters dicht, dan ontstaat een niet-geventileerde, ongezonde woning.
Dus net als er in de overstap naar warmtepompen heel veel aandacht besteed moet worden aan isoleren, zo is er ook heel veel aandacht nodig voor ventileren. Wat niemand immers wil, is dat we straks wel duurzame huizen hebben, maar de bewoners ofwel last hebben van tocht en kou, ofwel van droge ogen en hoofdpijn.
Laten we ons samen hard maken voor duurzame, energiezuinige woningen die ook comfortabel en gezond zijn om in te leven.